maandag 25 september 2017

Veerkracht

Dat kleine woordje is toch wel van essentieel belang gebleken al sinds dat ik wist dat ik moeder werd. Tijdens alle levensfases van mezelf en van mijn kinderen blijkt dat ik nóg meer aan kan dan ik dacht en dat ik nóg inventiever ben dan dat ik tot aan dat moment voor mogelijk had gehouden.

Eerst veerde ik op uit mijn stoel met de positieve zwangerschapstest in mijn hand: zwanger! De veerkracht van mijn lijf wordt gedurende de zwangerschap letterlijk getest door het groeiende wezentje in mijn buik dat ook naar hartenlust heen en weer veert. Of springt. Of danst. Of poogt er via mijn navel uit te breken. Uiteindelijk zegt mijn zoon altijd, wanneer ik hem vertel dat ik ben ingeleid vanwege voortijdig gebroken vliezen: ‘Mamma, ik had een trampoline in het zwembadje in je buik en toen sprong ik veel te hard en toen was het badje lek.’ Die vliezen bleken dus niet zo veerkrachtig.

Het enige dat ik over de bevallingen wil delen is dat ik tijdens de bevallingen een gebrek aan veerkracht heb ervaren. Dat hoort er overigens gewoon bij, vertelde de verloskundige me later. Tot drie keer toe heb ik mijn man verzocht om nu toch echt die vasectomie uit te laten voeren. Dat ik uiteindelijk toch wel bijzonder veerkrachtig bleek had je me tijdens de bevalling niet hoeven wijs te maken. Ik bleek letterlijk geen ‘letsel’ te hebben en ik bleek figuurlijk toch weer de moed te bezitten om nog een zwangerschap aan te gaan. (Drie vind ik trouwens echt wel voldoende).

Dan is er je eerste baby. Wow… Vanaf dat moment (la)veer je mee met het ritme van je baby. Koos je eerder nog voor jezelf, nu is er altijd dat wezentje dat compleet van je afhankelijk is. Het is dus mamma (of pappa) op de tweede plek en maar meeveren geblazen met dat heerlijke kleine wezentje. Dat is best vermoeiend en ingrijpend! Je zal de eerste niet zijn die met wallen tot onder haar oksels op de bank tegen haar partner briest: ‘En NU wil ik tijd voor MIJ!!’ Om vervolgens weer compleet weg te smelten bij die prachtige kijkers van je baby en te doen wat er van je verwacht wordt: voeden, verschonen en liefkozen. Als dát geen veerkracht is weet ik het ook niet meer!

Vervolgens wordt die baby ouder en waar je – zonder kinderen – altijd zei: ‘Nou, dat zal mij echt niet overkomen’, blijkt ook jouw kind graag op de vloer van de supermarkt of de HEMA te gaan liggen krijsen wanneer het te moe / te hongerig / te peuter is. Ben je er net aan gewend dat je baby enigszins te voorspellen is, komt de natuur aan met zoiets als een PeuterPuberteit. Die tweede van ons deed trouwens ook aan een PréPeuterPuberteit.
Zo’n peuter is een wereld op zichzelf. Ze ontdekken alles. Echt álles. Niet in de minste plaats zijn zij diegenen die ook over een flink staaltje veerkracht moeten beschikken. Het ritme van de dag, de nukken van je moeder, de bevliegingen van je moeder en dan ook nog eten waar je helemaal geen trek in hebt, omdat je gelooft dat je op een dieet van enkel pepernoten ook prima groot kan worden.
Als ouder is het voor mij eindeloos meeveren met mijn peuter. De oudste is wat betreft intensiteit een schim vergeleken met de tweede. Denk je het allemaal wel een beetje door te hebben en leef je in de veronderstelling dat ‘het echt niet erger kan’, blijkt de combinatie van het DNA van je partner en jou toch nog meer variabelen te hebben dan alleen haarkleur en kleur van de ogen…
De schone taak voor mij als moeder ligt in het meeveren met mijn peuter en mijn peuter leren hoe dat meeveren nou eigenlijk in z’n werk gaat, want een driftbui om een roze in plaats van een paarse beker is nog aandoenlijk op je 2e, maar zou toch wat dubieus zijn op je 20e.

Dan groeit en ontwikkelt je kind door tot zoiets prachtigs als een kleuter. Een eigen – sterke! – wil en een compleet andere visie op de wereld dan die van mamma en pappa. Mamma weet nog altijd alles, maar de juf weet het beter. De eerste opdracht in het tonen van immense veerkracht als moeder is überhaupt het loslaten wanneer je kind voor het eerst naar de basisschool gaat. Dat doorknippen van de navelstreng was peanuts vergeleken met de eerste dag basisschool. Die veerkracht wordt dan nog eens extra op de proef gesteld wanneer je kind vriendjes uitkiest die niet in jouw vriendenboekje hadden mogen schrijven en die je eigenlijk helemaal niet bij je kind vindt passen. Uiteindelijk is het natuurlijk zijn of haar keuze en heb je het er maar mee te doen als ouder. Het enige dat je kan doen is loslaten, meeveren en een beetje bijsturen indien noodzakelijk. De urgentie van het bijsturen is trouwens ook behoorlijk onderhevig aan wat veerkracht.

Voor mij stopt het bij deze levensfase al, want mijn oudste is nog maar een kleuter. Ik kan me toch al verheugen op de veerkracht die ik zal moeten aanboren voor een PréPuber of een Echte Puber. Dan later weer als er vriendjes of vriendinnetjes in de picture komen. Misschien word ik wel ooit oma. Ik heb nog wel wat te doen! Elke leeftijdsfase heeft zo z’n charmes en ik vind het een voorrecht om dat allemaal te kunnen beleven.


Uiteindelijk is je eigen veerkracht als ouder ook heel leuk om te ontdekken. Houd jij iets voor je kinderen bij? Vooral een dagboek is ontzettend leuk om terug te lezen. Waar ik op sommige momenten nu denk: ‘Hoe krijg ik het ooit voor elkaar?’ kan ik bij het teruglezen in de dagboeken voor de kinderen bedenken: ‘Wow… Dat heb ik toch maar even mooi voor elkaar gekregen.’ 

Veerkracht ten top!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten